zondag 14 februari 2016

De zee

Toegegeven, ik ben op Valentijn al wel eens thuisgekomen met een bos bloemen - al pleit het in mijn voordeel dat ik dat op andere, doodgewone dagen, ook al deed. En ja, we hebben onszelf rond deze tijd van het jaar al eens op een gezellig etentje getrakteerd. Of op een romantisch ontbijtje. Maar echt grote fans van het opgelegde Saint Amourfeest zijn we niet. Omdat liefdevolle gebaren zich wat ons betreft niet op één dag van het jaar laten concentreren. En omdat we een soort zesde zintuig hebben ontwikkeld voor platte commercie.

Bovendien, waar staat dat eigenlijk geschreven, voor waar en echt verklaard, dat het weldadige gevoel, veroorzaakt door Cupido's pijlen, steevast gematerialiseerd moet worden?

En dus werd het een lied, deze keer. Ik had er al meerdere geschreven. Voor verschillende gelegenheden. Voor verschillende personen. Maar nog nooit eerder voor haar.

Ik heb niet echt lang moeten wachten op de muze. Die heb ik, keurig op tijd, met plezier en open armen ontvangen. En naar zee geleid. Naar onze favoriete kuststad. Waar we samen graag vertoeven. En tot rust komen. Waar we beiden voor 'minder' gaan: zij voor minder stress, ik voor minder uksels. En waar we ook voor en na 14 februari gewoon van elkaars nabijheid kunnen genieten. Met of zonder bloemen. Met of zonder gezellig etentje. Met of zonder romantisch ontbijt.


De zee


‘Voorlopig weinig nieuws 
van het westelijke front’
Dat lees ik op een kaartje 
dat jij aan de IJzer vond 
De inkt wat uitgelopen, 
het prentje wat verbleekt
En net als wij verzopen 
van de regen helemaal doorweekt

Een schipper smeekt de blauwvoet 
om een behouden vaart
En wij, stapelverliefd en nat, 
volledig van de kaart
Dus toch maar even schuilen, 
met koffie en met thee
De radio speelt Mark Knopfler
maar luider nog ruist de zee



En de wind die neemt de duinen mee 
op wandel, langs het strand
En jij en ik, wij wandelen wat mee
En boven het staketsel schreeuwen meeuwen moord en brand 
Maar luider nog ruist de zee
Luider nog ruist de zee



De oorlogssluizen kleuren 
de verdronken polders blank
En wij zijn aangespoeld, hier 
in de haven, op een bank
Jij wil nog schelpen zoeken 
en je vraagt me: ‘ga je mee?’
De vlaggenmasten klepperen
maar luider nog ruist de zee

En de wind die neemt de duinen mee op wandel, langs het strand
En jij en ik, wij wandelen wat mee
En boven het staketsel schreeuwen meeuwen moord en brand 
Maar luider nog ruist de zee
Luider nog ruist de zee

         
     
Le vent, il souffle où il veut
en ik wil wel geloven dat 
dit ons Utopia is, maar dan in ‘t klein
     
En op mijn blote voeten 
wil ik jou zo graag beloven dat
er morgen meer van ’t zelfde zal zijn



En de wind die neemt de duinen mee op wandel, langs het strand
En jij en ik, wij wandelen wat mee
En boven het staketsel schreeuwen meeuwen moord en brand 
Maar luider nog ruist de zee
Luider nog ruist de zee

6 opmerkingen:

  1. Kijk, het is lang geleden dat we er waren, maar bij deze sta ik dus weer te springen. Mooi stukje.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. een mooie ode aan de liefde en de zee. Op een dag, op een dag ga ik met je mee.Dan wandelen we op het strand samen voort, op het mooie strand van Nieuwpoort.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Prachtig Peter. Ik ken weinig mensen die al zo'n mooi lied hebben gekregen. Je vrouw heeft veel geluk en jij waarschijnlijk ook.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Merci voor je reactie An. Twee dingen: ten eerste is 't niet mijn 'vrouw' maar mijn 'vriendin' (omdat we niet getrouwd zijn blijft ze voor eeuwig en altijd mijn vriendin/lief, als dat niet schoon is)! En ten tweede: zij maakte voor mij al een heel mooie aquarel van een zeelandschap, zo plezieren we mekaar met onze eigen 'specialiteiten'. ;-)

      Verwijderen