Een fietsster werd zaterdag omstreeks 21 uur aangereden door een personenwagen aan de Leo Gheeraerdtslaan in Aalst. De oorzaak van het ongeval is voorlopig onduidelijk. De fietsster werd de lucht in gekatapulteerd en belandde met een harde smak op het asfalt. Haar fiets werd een twintigtal meter meegesleurd door de aanrijdende wagen. Het slachtoffer werd ter plaatse verzorgd alvorens ze afgevoerd werd naar het ziekenhuis in Aalst.
Het zoveelste faits diversberichtje in de zoveelste maandagkrant. Zoals de honderden artikeltjes over ongevallen en gebroken armen en benen die ik als eindredacteur zelf al in de krant zette (de eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik me bij het overtikken van bovenstaande zinnen uit Het Laatste Nieuws heb moeten inhouden om niet redigerend op te treden - dat heet dan 'beroepsmisvorming').
Stukjes als dit vind je haast dagelijks in de krant, steevast in de kolom, rechts of links, als het ware in de marge. Alsof het om eerder marginale feiten gaat. Om feit-jes.
Tot zo'n bericht binnendringt in je eigen wereld. In je eigen familie.
Telefoon, op een maandagmorgen, tijdens de dagelijkse stressroutine van het boterhammen smeren. Ik neem enigszins geërgerd op 'want het zal toch weer Proximus zijn' dat voor de zoveelste keer probeert me een abonnement te verkopen (en dat steevast meent te moeten doen op de meest onmogelijke momenten). En dus heb ik zin om de beller in zijn of haar ochtendlijke ijver te vergasten op de heel luid gescandeerde woorden 'IK HEB AL EEN ABONNEMENT'.
Geen Proximus deze keer. Wel een naast familielid. Want de fietsster uit het geciteerde artikeltje - dat ik pas later onder ogen zou krijgen - blijkt mijn petekind te zijn.
Alleen de autolichten herinnert ze zich nog. De koplampen. Van de klap zelf is niets blijven hangen: van de bumper van de wagen die haar enkel heeft geraakt en haar fiets doormidden heeft gebroken, noch van de buiteling die haar eerst op het dak van het aanrijdende voertuig en daarna op het kille asfalt deed belanden.
Een doodgewone studente van 21 met een weekendjob. Na een dagje werken, op een doodgewone zaterdagavond, met de fiets op weg naar huis. Doodgewoon. En bijna dood, gewoon.
Deze keer stonden de sterren echter gunstig, of was de haar toegewezen engelbewaarder wakker. En bij de pinken.
Een breuk in het dijbeen, een barst in de heup, een gebroken vinger, enkele lelijke wonden, wat gekneusde spieren en zo veel blauw plekken dat ze stilaan zou kunnen solliciteren voor een hoofdrol in een nieuwe smurfenfillm: hoewel het kwetsurenlijstje indrukwekkend oogt, wordt zoiets al gauw omschreven als 'een geluk bij een ongeluk'.
Toch is het veel te gemakkelijk om in deze context over 'geluk' te spreken. Het is het zoveelste voorbeeld van het risico dat de elke zwakke weggebruiker dezer dagen loopt op Vlaamse wegen. De zwakke weggebruiker die verondersteld wordt een helm te dragen. En een fluohesje. Want hij moet zich goed zichtbaar maken voor de automobilist.
Alsof het de verantwoordelijkheid is van die zwakke weggebruiker om aanrijdingen met auto's te voorkomen. Auto's die door hun bestuurders vlotjes op voet- en fietspaden worden geparkeerd ('want 't is maar voor efkes'). Auto's die al even vlotjes over diezelfde voet- en fietspaden rijden, omdat hun bestuurders die stroken als een uitbreiding van de rijbaan beschouwen. QUOD NON! Er is weinig waar ik meer vliegende uksels van krijg...
Alsof een fietser of voetganger, met of zonder helm en fluohesje, zich écht kan beschermen tegen die blikken dozen op steeds hogere wielen, almaar robuuster wordend en gevaarlijker ogend.
Defensief rijden? Nooit van gehoord, meneer.
Wat is dat toch, dat van Vlamingen zulke agressieve bestuurders maakt? De anonimiteit van de macho in zijn metalen kooi? Het ik-tegen-de-rest-gevoel? Opgekropte filefrustratie? Zuiderse invloeden? De bij overlevering aangekweekt gewoonte om er de kantjes af te rijden (in dit geval: bij voorkeur de kantjes van voet- en fietspaden)?
Of is het vooral een gebrek aan empathie? Het onvermogen van de gemiddelde automobilist om zich in te leven in de andere, lees: zwakkere, weggebruiker?
Als we elke eigenaar van een rijbewijs nu eens om de zoveel jaar verplichten een respectabel aantal uren op de fiets door te brengen? Kwestie van aan den lijve te ondervinden hoe de odyssee van de tweewieler door de dagelijkse verkeersjungle vaak letterlijk een overlevingstocht wordt. In de hoop dat dat gedragsaanpassend werkt.
Al was het maar dat daardoor een aantal krantenberichten met een titel als Fietsster aangereden zonder voorwerp zouden blijven.
Alleen de autolichten herinnert ze zich nog. De koplampen. Van de klap zelf is niets blijven hangen: van de bumper van de wagen die haar enkel heeft geraakt en haar fiets doormidden heeft gebroken, noch van de buiteling die haar eerst op het dak van het aanrijdende voertuig en daarna op het kille asfalt deed belanden.
Een doodgewone studente van 21 met een weekendjob. Na een dagje werken, op een doodgewone zaterdagavond, met de fiets op weg naar huis. Doodgewoon. En bijna dood, gewoon.
Deze keer stonden de sterren echter gunstig, of was de haar toegewezen engelbewaarder wakker. En bij de pinken.
Een breuk in het dijbeen, een barst in de heup, een gebroken vinger, enkele lelijke wonden, wat gekneusde spieren en zo veel blauw plekken dat ze stilaan zou kunnen solliciteren voor een hoofdrol in een nieuwe smurfenfillm: hoewel het kwetsurenlijstje indrukwekkend oogt, wordt zoiets al gauw omschreven als 'een geluk bij een ongeluk'.
Toch is het veel te gemakkelijk om in deze context over 'geluk' te spreken. Het is het zoveelste voorbeeld van het risico dat de elke zwakke weggebruiker dezer dagen loopt op Vlaamse wegen. De zwakke weggebruiker die verondersteld wordt een helm te dragen. En een fluohesje. Want hij moet zich goed zichtbaar maken voor de automobilist.
Alsof het de verantwoordelijkheid is van die zwakke weggebruiker om aanrijdingen met auto's te voorkomen. Auto's die door hun bestuurders vlotjes op voet- en fietspaden worden geparkeerd ('want 't is maar voor efkes'). Auto's die al even vlotjes over diezelfde voet- en fietspaden rijden, omdat hun bestuurders die stroken als een uitbreiding van de rijbaan beschouwen. QUOD NON! Er is weinig waar ik meer vliegende uksels van krijg...
Alsof een fietser of voetganger, met of zonder helm en fluohesje, zich écht kan beschermen tegen die blikken dozen op steeds hogere wielen, almaar robuuster wordend en gevaarlijker ogend.
![]() |
Intimidatie met niets aan de verbeelding overlatende handgebaren: bijna dagelijkse kost voor de zwakke weggebruiker. |
Toch zijn het die auto's - of beter: hun bestuurders - die de fietser en voetganger steeds vaker als loslopend, overstekend wild beschouwen. Die doen alsof ze die zwakke weggebruikers niet opmerken wanneer die aan een voor hen reglementaire oversteekplaats de andere kant van de straat proberen te bereiken. Het zijn die automobilisten die de 'vervaarlijke' fietser en voetganger verwensingen naar het hoofd slingeren en intimideren, met vaak niets aan de verbeelding overlatende handgebaren. Die bestuurders die hun bolides op kleine baantjes met hoge snelheid langs fietsers sturen om die tweewielers, als het even kan, in de gracht te manoeuvreren.
Defensief rijden? Nooit van gehoord, meneer.
Wat is dat toch, dat van Vlamingen zulke agressieve bestuurders maakt? De anonimiteit van de macho in zijn metalen kooi? Het ik-tegen-de-rest-gevoel? Opgekropte filefrustratie? Zuiderse invloeden? De bij overlevering aangekweekt gewoonte om er de kantjes af te rijden (in dit geval: bij voorkeur de kantjes van voet- en fietspaden)?
Of is het vooral een gebrek aan empathie? Het onvermogen van de gemiddelde automobilist om zich in te leven in de andere, lees: zwakkere, weggebruiker?
Als we elke eigenaar van een rijbewijs nu eens om de zoveel jaar verplichten een respectabel aantal uren op de fiets door te brengen? Kwestie van aan den lijve te ondervinden hoe de odyssee van de tweewieler door de dagelijkse verkeersjungle vaak letterlijk een overlevingstocht wordt. In de hoop dat dat gedragsaanpassend werkt.
Al was het maar dat daardoor een aantal krantenberichten met een titel als Fietsster aangereden zonder voorwerp zouden blijven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten